Lier - Sint-Gummaruskerk

De Brabants-Gothische Sint-Gummaruskerk te Lier kwam er vanaf 1378 ter vervanging van de 10e eeuwse romaanse voorganger. Pas in 1517 werd het hoofdaltaar gewijd.

Zij mag als een der meest vooraanstaande gotische kerken der Nederlanden worden beschouwd en zelfs een van de meest representatieve van de Brabantse gotiek. De toren is de oudste monumentale Brabantse toren en tevens ook de eenvoudigste: het vierkant gaat brutaal over naar de achtkant met als enige overgang enkele pinakeltjes. Zeer opvallend is de homogeniteit van het bouwwerk ondanks een bouwperiode van ongeveer twee eeuwen. Op een enkel detail na hebben alle bouwmeesters zich gehouden aan het in 1425 door bouwmeester Jan II Keldermans ontworpen concept. Dit is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de twee Brabantse bouwmeesterfamilies Keldermans en de Waghemakere, die verwant waren met elkaar.

De Sint-Gummaruskerk is nauw verwant met de Mechelse Sint-Romboutskathedraal. Vooral in het koorhoofd is dat te merken. De plattegrond daarvan is gewoon overgenomen, t.w. de zevenkantige sluiting waarrond de kooromgang met zeven elkaar rakende straalkapellen. Zo ook de grote lijnen van de binnenordonnantie: rondpijlers met de typisch Brabantse dubbele koolbladkapitelen.

De buitenarchitectuur is eenvoudige Brabantse hooggotiek : noch té sober, noch flamboyant.

De Lierse Collegiale is daarnaast duidelijk geïnspireerd door de oudere Franse kruisbasilieken, maar dan zonder hun duizelingwekkende verticaliteit. Voor de Brabanders mag het ook hemel op aarde zijn.